November 29, 2022

Perfectionisme hoeft geen killer te zijn

Op 17 november verscheen in Klasse het artikel ‘Perfectionisme bij leerlingen is een sluipmoordenaar’.

Kort samengevat vertelt het artikel dat perfectionisme ontstaat waar faalangst begint. Faalangst wordt meteen ook gelinkt aan de angst om niet te worden erkend door de omgeving. Bij jongeren spelen vooral de social media hierin een belangrijke rol. Klasse roept via dhr. Nieuwenbroek leerkrachten op om de signalen van faalangst en perfectionisme tijdig te onderscheppen en in groeitaal met hun leerlingen te communiceren.

Ik vul graag aan waar het artikel m.i. voorlopig aan voorbijgaat.

Streven naar het resultaat op zich, naar de bevestiging op zich, naar de hoogste lat op zich zonder oog voor de weg die je hebt afgelegd, welke inspanningen er geleverd zijn en hoeveel sprongen je vooruit hebt gezet, is in alle opzichten af te raden. Laat ons daar duidelijk over zijn. Je vergeet jezelf immers en je ziet niet welke groei je hebt gemaakt. Voor je zelfontplooiing en het geloof in jezelf is het essentieel stil te staan bij de vooruitgang die je maakt. Het resultaat is dan hoogstens een beloning, maar geen must. In dat opzicht deel ik helemaal de visie van dhr. Nieuwenbroek, no doubt about that.

Wat het artikel gek genoeg niet aanstipt en waar dus mijn bijdrage begint, is het volgende:

1)   Er bestaat zoiets als natuurlijk perfectionisme.

2)   Ga je tegen dit natuurlijk perfectionisme in, dan doe je meer kwaad dan goed.

3)   Andere vormen van perfectionisme zijn aangeleerd of versterkt door de omgeving.

4)   Faalangst kan in deze een gevolg zijn van perfectionisme.

Wat is natuurlijk perfectionisme?

Perfectionisme houdt in dat je oog hebt voor detail. Er zijn vier domeinen waar je een oog voor detail kan hebben: oog voor het nuttige detail, oog voor het esthetische detail, oog voor ordeningsdetail en oog voor kennisdetails.

Met het oog voor nuttige details blijf je handmatig zoeken naar de oplossing tot iets – een toestel, een excelbestand, een deur - werkt. Je doet er ook alles aan om ervoor te zorgen dat het werkt: je analyseert, je onderzoekt het probleem, je probeert en test uit met de materialen waarover je beschikt en je past het aan tot je een werkend eindproduct hebt. Een mecanicien kan maar beter over dit oog beschikken of je staat binnen de kortste keren opnieuw met je wagen in de garage 😄.

Veel mensen herkennen zich in het tweede oog, nl. het oog voor esthetische details, waar het allemaal ‘mooi’ moet zijn: de juiste kleurtjes kiezen voor kleren of make-up, de decoratie moet matchen met het thema van de avond, de samenvatting krijgt een mooi-ogende lay-out, enzovoort. Een patissier met dit oog voor detail zal zijn taarten een heel pak sneller verkocht krijgen dan wie er de slagroom maar zo-zo opgooit (voor de critici, graag nog deze noot: de smaak van de taart moet uiteraard ook goed zijn. Daarvoor dient dan weer het oog voor nuttige details, want de combo van de juiste ingrediënten en verhoudingen zorgt voor de lekkerste smaken).

Met het derde oog, dat zich richt op berekenings-, plannings- en/of ordeningsdetails ga je bijvoorbeeld alle mapjes van groot naar klein leggen op je bureau, weet je perfect in welke volgorde de activiteiten moeten gebeuren of liggen alle schroeven soort per soort verdeeld in verschillende bakjes. Voor mijn boekhouder kies ik met stip iemand die minstens over dit oog voor detail beschikt. Of nog een ander voorbeeld: een bibliothecaris uit de vorige eeuw had minstens dit oog voor detail nodig, anders kon die in zijn bakje met alle kaartjes lang zoeken naar de beschikbaarheid en plaats van een bepaald boek.

Tot slot is er nog zoiets als oog voor kennisdetails.  Je wil letterlijk álles weten wat er te weten valt over een bepaald onderwerp. Wat je ook leest, hoort of tegenkomt, er overvalt je een natuurlijke drang om het verder te leren kennen. We mogen erop rekenen dat specialisten, in welk domein ook, een oog hebben voor kennisdetails. Zo niet maken ze hun titel van ‘specialist’ niet waar.

En hier zit het: er is sprake van natuurlijk perfectionisme als je meer dan twee van deze ‘ogen voor detail’ hebt. Dat wil zeggen dat jij en je omgeving hemel en aarde mogen verzetten, je hele lijf schreeuwt om bijvoorbeeld zowel iets nuttigs te maken dat ook mooi is en bovendien netjes geordend staat. Een powerpoint is daar een goed voorbeeld van: de slides hebben makkelijke overgangen en alle techniciteit (geïmporteerde video’s, interlinks, …) klopt tot op de laatste pagina. Bovendien staan de teksten op elke pagina in dezelfde lettertypes en in dezelfde onderscheidende kleuren. Worden er logo’s gebruikt, dan zullen ook die overal op exact de juiste plaats terug te vinden zijn. Geen halve millimeter meer naar links of rechts. Blijkt het logo te overlappen met een afbeelding, dan vindt de maker dat bijzonder vervelend en zal die er blijven naar zoeken om én de afbeelding en het logo op de slide te zetten tot er een bevredigend resultaat is. De laatste is ordening: zowel de info als de kolommetjes, de zinnen, … alles staat in de juiste volgorde, ja misschien zelfs genummerd.

Zolang je plezier beleeft aan je ogen voor detail, zolang ze je prettig uitdagen en je bent bereid er tijd in te steken en je kan zo beter slapen, dan is dat meer dan prima. Een prachtig gedekte feesttafel kan een heel aangenaam gevoel geven, niet alleen bij de gasten maar evengoed bij de gastheer- of vrouw.

Het wordt wel lastig als de verschillende ogen voor detail zo dominant worden, dat je er je slaap voor laat en je piekerend wakker blijft liggen. Als je naast de tig opdrachten voor school niet inziet dat die perfect afgewerkte powerpoint jou eigenlijk geen extra punten zal opleveren (en bijvoorbeeld je verhaal en je voordracht wél de essentie blijken van de opdracht). Of als je vlak voor sluitingstijd nog met 70km/u door de bebouwde kom rijdt om toch net die laatste tafeldecoratie te kopen die jouw feesttafel helemaal afwerken.

Voor deze natuurlijke perfectionisten is alles even belangrijk en daar sluimert de valkuil, want tegen dit type perfectionisme ingaan is bijzonder moeilijk.

Een oplossing voor elke uitdaging

Zoals in de laatste twee voorbeelden mag blijken, speelt het stellen van prioriteiten een essentiële rol. Het is precies hiermee dat natuurlijke perfectionisten het lastig hebben: prioriteiten stellen. Het is dus ook hier dat de oplossing ligt.

Een (school)omgeving kan hierop inspelen door de verwachtingen van een opdracht zo duidelijk mogelijk te formuleren. Hoe duidelijker de opdracht, hoe minder kans er is dat de perfectionist zich overdreven in details gaat verliezen. Je lost dit niet op door de lat te verlagen of door te zeggen “80% is ook goed, hoor”.

Wat deze perfectionisten ook nodig hebben is een zicht op HOE ze iets kunnen aanpakken. Weten wat je moet doen en hoe je dat moet/kan doen bespaart je tijd en tegelijk kan je toch aardig in de buurt van je streefdoel komen. Bereik je dat streefdoel niet, dan is groeitaal een heel belangrijke om het proces naar dat streefdoel te benadrukken en niet zozeer het niet-halen van het resultaat. De omgeving (school en ouders) spelen hier een belangrijke rol: groeitaal en focus op het proces staan centraal. Minstens even belangrijk: de persoon in kwestie moet dit zelf inzien. Zolang het wordt opgelegd, lukt het niet. Zo simpel is het.

Een voorbeeld: heel wat jongeren met een natuurlijk perfectionisme maken samenvattingen alsof hun leven ervan afhangt. En wat blijkt? De manier waarop ze hun les samenvatten is nog onvoldoende ontwikkeld waardoor hun natuurlijke oog voor detail alle ruimte krijgt. Dat zorgt ervoor dat ze op een totaal inefficiënte manier al hun leerstof bij elkaar verzamelen: ze vertrekken vanuit de details naar de essentie, of van hoofdstuk naar hoofdstuk in plaats van een helikopterview te gebruiken, de grote lijnen uit te schrijven en nadien verder aan te vullen met de details die écht nodig zijn (omdat bijvoorbeeld de leerkracht daar veel aandacht aan besteedt). Gewoon zeggen dat ze niet zoveel details moeten opnemen in hun samenvatting(en) is echt niet voldoende. Dat heeft zelfs totaal geen effect. Hen voorbeelden tonen van andere soorten samenvattingen, hen laten kijken naar wat ze wel of niet kunnen opnemen, en het samen met hen uitproberen heeft een héél ander effect. En dat doe je niet een keer, niet twee, zelfs niet drie keer. Dat doe je tot ze zich veilig genoeg voelen om de andere methode te leren kennen en het nieuwe systeem te vertrouwen.

Deze jongeren hebben dus nood aan voorbeelden (leerkrachten, ouders, materialen) waar ze

1)    leren selecteren wat echt belangrijk is en wat niet (hiervoor hebben ze duidelijke richtlijnen en voorbeelden nodig);

2)    hun leerstof zo kunnen samenbrengen dat ze het inhoudelijk beheersen zoals zij dat willen (en niet zoals een ander dat voor hen bepaalt);

3)    dit verschillende keren uitproberen en ondervinden wat er voor hen wel werkt en wat niet.

Aangeleerd perfectionisme

Aangeleerd perfectionisme bestaat ook. Mensen bij wie maximum twee van de ogen voor detail aanwezig zijn (en dus in sommige gevallen geen enkel), gaan over een aangeleerd perfectionisme beschikken als de opvoeding of omgeving ervoor zorgt dat men niet mag falen omdat ‘het niet past’ of ‘niks voor ons is’ of ‘niet hoort bij iemand van jouw profiel’. Ook mensen met een natuurlijk perfectionisme zullen in een omgeving met veel druk in het rood gaan.

In beide gevallen hebben zowel communicatie als het gedrag van de directe omgeving of van de personen naar wie men opkijkt een rechtstreekse invloed. Ouders, leerkrachten of idolen die prestaties in de kijker zetten en niet de weg naar die prestaties, versterken het gevoel om iets echt helemaal op en top af te werken.

Daarnaast geldt ook, zoals eerder gezegd: hoe vager een opdracht of hoe algemener de verwachtingen, hoe groter de onzekerheid. Ook hier zit een stevige voedingsbodem van zowel aangeleerde als natuurlijk perfectionisme. Dat zorgt ervoor dat sommigen in overdrive gaan, terwijl anderen het opgeven nog voor ze er aan begonnen zijn.

Perfectionisme gaat niet altijd samen met een drang naar erkenning

Het artikel in Klasse zegt dat de drang naar perfectionisme automatisch samengaat met de drang naar erkenning.

Ja en nee. Ik licht even toe: door de natuurlijke overlevingsdrang van de mens sluiten we ons graag aan bij een groep om de overlevingskansen te vergroten. Uitgerekend jongeren hebben hier veel nood aan omdat ze zich in hun puberteit afzetten tegen elke vorm van autoriteit, waartoe ouders en leerkrachten als eersten behoren. In dat opzicht zetten de jongeren zichzelf in een eenzame positie. Ze kunnen dit enkel ‘overleven’ als ze als individu aansluiten bij een groep van gelijkgestemden. Bevestiging is dan zeker nodig, al is het maar om te weten of ze op de goede weg zijn en dus nog ‘recht’ hebben om bij de groep te horen. Het is hier dat social media een grote rol spelen: het aantal likes en views staan gelijk aan de grootte van erkenning en dus aan het ‘recht’ om deel uit te maken van een groep.

We mogen echter deze specifieke bevestigingsdrang niet zomaar gaan linken aan de drang naar een perfect afgewerkt product. Je kan helemaal streven naar die perfectie, puur en alleen voor jezelf zonder daar de erkenning van anderen voor nodig te hebben. Als er complimenten van komen is het mooi meegenomen, maar heeft elke jongere daar nood aan? Niet per se. Analyses (*) bij jongeren tonen aan dat natuurlijk perfectionisme en de erkenning door anderen niet altijd gelijkwaardig zijn voor hen of samengaan. Integendeel, er zijn heel wat jongeren die perfect het ene nastreven zonder het andere nodig te hebben.

Wat was er eerst: faalangst of perfectionisme?

En daarmee kom ik tot het laatste: perfectionisme kan volgen op faalangst – zoals het artikel goed beschrijft – maar ook hier: het kan evengoed omgekeerd. Als de ogen voor detail te sterk worden of de omgeving versterkt deze ogen onnodig, volgt de angst om fouten te maken of om te verliezen. Falen is dan geen optie. Er ontstaat dan een angst om te falen. Faalangst, dus. In deze is perfectionisme de oorzaak, niet het gevolg.

De voornaamste boodschap voor al wie met jongeren werkt en met hen samenleeft, moet zijn:

-       maak je opdrachten en verwachtingen zo duidelijk mogelijk

-       spreek altijd in groeitaal

-       leg focus op het proces, niet op het eindresultaat

-       jongeren die het quasi perfect doen hebben niet altijd een probleem (i.c. natuurlijk perfectionisme)

-       toon zelf ook dat je geen perfect persoon bent en laat ook jouw missers niet onbesproken

Bottom-line

Leg je je lat graag hoog, leef je ervan op om die te halen en vind je middelmaat maar niks? Dan is dat zeer prima. Ga je gang, leef je uit en trek je van de omgeving niets aan. Er is niets fout aan ambitie en streven. Er is ook niets fout aan perfectionisme an sich. Alleen – en dat is een zeer belangrijke – sta op tijd even stil en kijk naar de progressie die je hebt gemaakt, eerder dan naar het eindresultaat dat (nog) niet is bereikt. Wat heb je (bij)geleerd (goed of slecht), welke nieuwe mensen heb je leren kennen, welke inzichten hebben je blik verruimd, wat kan je de volgende keer anders aanpakken, voor wie heb je iets betekend …? Is erkenning van anderen een belangrijke voor jou, pik dan de mensen uit voor wie je dit doet. Je krijgt niet iedereen mee op je kar, dat is nu eenmaal de realiteit.

Gelukkig maar, hoe hard zou je dan je best niet moeten doen?  

Vind je hierin een evenwicht, dan is perfectionisme geen killer of sluipmoordenaar. Integendeel, je kan boven het maaiveld uitsteken en beschikt tegelijkertijd over een stevige basis om op terug te vallen als het je eens tegengaat. Waarom zou je je hierin niet mogen uitleven? Ik vind het heerlijk om me eens te verliezen in alle esthetische details. Alleen is het de oefening om dat niet altijd en bij alles te doen.

Prioriteiten leren leggen zonder tekort te doen aan jezelf en je omgeving, leren uit je progressie, … dat is groei. En dat is voor iedereen anders. Geen enkele omgeving die bepaalt hoe hoog jouw lat ligt en in welk domein jij een hoge lat wil of mag halen. Geen enkele. Omgekeerd geldt ook: niemand bepaalt tot waar jij ‘maar’ mag gaan. Jij bepaalt dit, met alle krachtige groeitools die je onderweg kan meenemen.

Perfectionisme is niet altijd een sluipmoordenaar. Je moet er alleen zo mee leren omgaan dat het je niet nekt.

Voor elke uitdaging is er een oplossing, remember?  

(*) Kerntalentenanalyses leggen dit perfect bloot en geven ook aan of er sprake is van natuurlijk perfectionisme en indien wel, welke vormen van detail de grootste rol spelen.

Wil jij weten hoe het met het perfectionisme en de faalangst van je tiener zit? Neem dan zeker contact op met ons via ons contactformulier of op het nummer 0484925692.